Leestijd: ca. 4 minuten

Google Analytics kan voor beginners erg intimiderend zijn. Je kunt namelijk bijna alle data van je website hier in terugvinden, maar wat is nou relevant en wat voor acties kun je verbinden aan deze data? Hieronder 5 tips om je kennis over Google Analytics eens grondig bij te spijkeren.

Tip 1 stel doelen in

Wat wil je eigenlijk bereiken met je website? Vaak is dit dat bezoekers contact opnemen of een aankoop doen. Via beheerder -> weergave -> doelen kun je dit instellen. Stel je wilt het invullen van het contactformulier als behaald doel meten. Ga dan naar je website en vul het contactformulier als test in. Vaak kom je op een bevestigingspagina uit dat het gelukt is. Kopieer de URL van de pagina en stel deze URL in als aangepast doel -> bestemming. Controleer wel of jouw website een unieke bevestigingspagina voor elk ingevuld formulier maakt. Vaak is het begin dan hetzelfde en heeft het einde van de URL een uniek kenmerk. Kies dan ‘begint met’ in plaats van ‘gelijk aan’.

Tip 2: eigen dashboard maken

Via aanpassing -> dashboards kun je een eigen dashboard maken. Het voordeel hiervan is dat je allerlei widgets kunt toevoegen om in 1 oogopslag voor jou belangrijke data te zien, zonder dat je door alle losse tabbladen hoeft te klikken. Bij het aanmaken van een nieuw dashboard kun je kiezen voor een leeg canvas of een dashboard voor beginners. Zodra je een dashboard aanmaakt kun je onder de titel op de knop ‘+widget toevoegen’ klikken of widgets aanpassen door rechtsboven in de widget op het potloodje te klikken.

Tip 3: Maak gebruik van de standaard segmenten

Filter alle weergegeven data met behulp van de standaard door Google aangemaakte segmenten:

Je kunt met de standaard segmenten een heel eind komen. Je kunt zo je statistieken opknippen in heel duidelijke categorieën die het je makkelijker maken om je cijfers goed te interpreteren. Ze kunnen je veel inzicht geven. Als je wat verder gevorderd bent kun je ook met aangepaste segmenten aan de slag. Je kunt die zelf samenstellen en/of delen met anderen middels de ingebouwde bibliotheek (galerij).

Tip 4: Gebruik UTM parameters

Codeer je inkomende links met UTM parameters voor het meten van inkomend “campagne” verkeer. Denk bijvoorbeeld aan nieuwsbrieven en online advertising op externe sites. Gebruik daarvoor de URL-maker van Google. Google Analytics leest gebruikte parameters automatisch uit: Te vinden via Acquisitie>>Campagnes>>Alle campagnes >> Primaire dimensie: Bron/medium.

Tip 5: stel een relevante periode in

Rechts bovenin kun je het datumbereik instellen. Bij elk nieuw bezoek aan Google Analytics staat dit weer ingesteld op de afgelopen week. Via het dropdown menuutje kun je dit aanpassen naar vandaag, gisteren, afgelopen week, afgelopen maand, afgelopen 7 dagen en afgelopen 30 dagen. Je kan ook een aangepaste selectie maken via de kalender. De eerste datum die je aanklikt is de begindatum en de tweede datum de einddatum. Het afgelopen jaar is bijvoorbeeld erg handig om voortgang te kunnen zien over een langere periode. Door ‘vergelijken met’ aan te vinken kan je de resultaten van meerdere periodes met elkaar vergelijken. Kies hier wel een logische vergelijking. Als je tuinslangen verkoopt en je vergelijkt het eerste kwartaal met het tweede kwartaal is het logisch dat het tweede kwartaal beter scoort. Dan ligt dan niet (alleen) aan de verbeteringen aan de website maar omdat je een seizoensproduct verkoopt.

Over de auteur

Laat een antwoord achter

Je e-mail adres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.