Leestijd: ca. 12 minuten

Gisteravond werd de 17e editie van SMC030 gehouden met als onderwerp Social TV. Programmamakers, een app-ontwikkelaar en een kijker kwamen aan het woord. Oh nee, dat kan wervender: “de makers van een van de populairste zomerprogramma’s, de app-ontwikkelaar met de rapste tong en de wereldkampioen TV-kijken” moet dat natuurlijk zijn.

Zomergasten

Zomergasten is elk jaar een ‘happening’. Het programma bestaat al 25 jaar en is daarmee een van de oudste programma’s van de publieke omproep. Maar wel jong van geest, want het was een van de eerste die Twitter en Facebook inzetten.

Update 14/10/2011, 10:45: op verzoek van Anya Boelhouwer van VPRO twee wijzigingen doorgevoerd; zie details onderaan.

Dit jaar introduceerde Zomergasten wederom iets nieuws, het zgn. tweede scherm. Peter van Ingen, hoofdredacteur van Zomergasten en daarnaast o.a. presentator van Buitenhof, introduceerde het redactieteam dat deze functionaliteit mogelijk maakte:

Het Tweede Scherm hield in dat kijkers tijdens de uitzending de mogelijkheid hadden via een website (of moet ik zeggen: een browsergebaseerde app?) meer informatie te krijgen over de gast en de getoonde fragmenten. De informatie was verdeeld over drie secties:

  • Gast: met meer informatie over de zomergast zelf.
  • Tijdlijn: gedurende de uitzending werden brokjes extra informatie getoond, passend bij de beelden op het ‘eerste scherm’.
  • Twitter: in dit deel werden alle tweets getoond die over het programma gingen (o.b.v. de hashtag, de naam, etc.).

Het was wat zoeken naar de juiste vorm, vooral met de tijdlijn. Zo waren er momenten dat de informatie die daar getoond werd leek te “clashen” met die op TV. Zo werden tijdens de uitzending met Dick Swaab citaten uit diens boek “Wij zijn ons brein” getoond, die even later door Swaab zelf behandeld werden. Daardoor kregen de citaten iets weg van spoilers i.p.v. de gewenste ondersteunende informatie.

Een paar van de zaken waarover het team discussies voerde, voorafgaande aan en tijdens het seizoen:

  • De informatie in het 2de scherm moet aanvullend zijn, niet afleidend. Het 2de scherm moet het programma op TV versterken. Maar de grens tussen aanvullen en afleiden (want bijv. te veel info) is lastig te bewaken.
  • De informatie moet inspelen op vragen van de gebruiker, maar wel van te voren al zo veel mogelijk uitgezocht e.d. Live inspelen op vragen vergt te veel mankracht e.d.
  • N.a.v. de evaluatieformulieren na de eerste twee uitzendingen werd besloten om met meer foto’s/beelden te werken en met langere teksten, incl. links naar bronnen, voor de nodige verdieping.

Resultaten

De resultaten waren goed in de ogen van het team. Per week waren er tussen de 18.000 en 23.000 unieke bezoekers van de site. Vermelding van de url in de uitzending leverde regelmatig pieken op tot boven de 1.000 bezoekers tegelijkertijd.

Na de eerste uitzending vond 76% van de gebruikers het 2de scherm een waardevolle toevoeging, na wat aanpassingen liep dat bij de tweede uitzending al op tot 91%! Verder waardeerden zij dat de web-app het “wij-gevoel” van het kijken versterkt.

De kritiek richtte zich m.n. op het feit dat de informatie niet live was en inspeelde op bijv. vragen e.d. en dat de informatie soms afleidde van het programma op TV. Maar dat laatste blijkt vooral van gebruiker tot gebruiker sterk te verschillen.

De ervaringen waren in ieder geval dusdanig positief dat het tweede scherm volgend jaar terugkeert mits het budget het toestaat.

Sociale TV

Tijdens de presentatie gaf het redactieteam al aan dat ze nooit hebben overwogen om bijv. via Facebook of Twitter binnenkomende vragen van kijkers te verwerken in het programma. Het programma moet op zich staan en de sfeer in de uitzending moet niet doorbroken worden.

Minder aan de orde kwam de mate waarin tweets e.d. worden gemonitord om een beeld te krijgen van de beoordeling van het programma. Door wat technisch oponthoud bij de volgende spreker kon ik daar kort over spreken met Peter van Ingen. Hij gaf aan dat tweets tijdens de uitzending worden bijgehouden en dat hij als hoofdredacteur hiervan ook op de hoogte wordt gehouden. Deze input wordt echter niet “teruggegeven” aan het programma, bijv. via de presentator, omdat -zoals hierboven al beschreven- het programma zich daar in hun ogen niet voor leent.

Daarnaast gaf Van Ingen aan dat hij tweets alleen leest, maar alle mails ook beantwoord. De belangrijkste reden is dat mails veelal meer gefundeerde kritiek bevatten. Oh, en hij gaf tevens aan dat hij alle kritiek op Twitter over zijn interview met Job Cohen in Binnenhof van afgelopen zondag óók had gezien…

Ben van der Burg

De volgende spreker, die met de opstartproblemen dus, was Ben van den Burg (@ikbenechtben), Chief Commercial Officer bij Triple IT. Tja, en dan moet hier natuurlijk een net verslag komen van zijn verhaal. Maar dat is om drie redenen lastig.

Allereerst werd Ben niet alleen vóór, maar ook tijdens zijn presentatie dwarsgezeten door technische problemen.

Ten tweede zette Ben zich tijdens zijn verhaal sterk af tegen modellen en orde. Juist het bestaan van chaos (o.a. verbeeld in onderstaande illustratie) levert de creativiteit op die nodig is om baanbrekende dingen te doen. Dus een keurig nette weergave van zijn verhaal zou betekenen dat ik niet goed geluisterd heb (geloof ik).

En ten derde is daar Ben van der Burg zelf. Wie hem wel eens heeft zien spreken, weet wat ik bedoel. Eén brok energie, die er niet altijd even gestructureerd (gemodelleerd?) uitkomt. Dat zorgt voor veel aandacht, energie, hilariteit en humor die zich lastig laat vangen in tekst.

Toch een paar statements die zijn verhaal illustreren:

  • Geld wordt een commodity. Iedereen heeft te eten. Daarom moeten we dingen maken die echt mooi zijn, echt iets toevoegen.
  • Televisie is saai. Te lineair, te langdradig. Daarbij is afleiding nodig die het 2de en 3de scherm leveren.
  • De tools en apps met de beste user experience pakken de markt.

Kijkje in de toekomst

Ter illustratie van die laatste statement liet Van der Burg een door Triple IT ontwikkelde app zien voor gezamenlijk en vertraagd TV kijken. Vanaf de iPad kon een gebruiker eenvoudig ’terug in te tijd’ om een lopend programma vanaf het begin te zien, fragmenten terugkijken en delen met vrienden, simultaan kijken met vrienden die zich ergens anders bevinden -en tegelijkertijd chatten-, beelden naar de TV sturen, etc.

De app ziet er fraai uit en werkt goed, maar er zijn teveel rechtenissues om deze op de markt te brengen. Het was dan ook meer ontwikkeld als marketingtool. Maar een fraai inzicht in hoe TV-kijken er over een aantal jaren uit kan zien, was het. Vanuit het publiek gaf Kristof Dehaen van Denterprise nog de tip over onderstaande video waarin een “TV experience concept” wordt belicht dat zaken als de EPG (electronic programming guide), social shopping, e.d. integreert. Was het vast maar morgen…

#lastmanwatching

Tenslotte gaf René Bolier (@renebolier) een korte presentatie over zijn ervaringen als deelnemer aan Last Man Watching, BNN’s poging om het wereldrecord TV-kijken te verbreken ter ere van 60 jaar Nederlandse televisie. In totaal 6 kandidaten verbraken het record van 87 uur, waaronder René. Hij mag zich daarom “wereldkampioen TV-kijken” noemen.

René vertelde over zijn gebruik van social media voor, tijdens en na de recordpoging.

Van tevoren had hij op specifieke momenten “zitten laden”: belangrijke momenten als de aanmelding, de inschrijving, de uitnodiging voor de screentest en de daadwerkelijke uitnodiging tot deelname deelde hij kwistig via Twitter en andere platforms. Het gevolg was dat er een soort van “fan-dom” ontstond van mensen die hem volgden in zijn poging.

Dat leidde er uiteindelijk toe dat er tijdens die 87 uur 943 mentions waren verstuurd. Omdat het gebruik van social media amper mogelijk was -alleen in de pauzes, want daarbuiten moest hij TV kijken-, heeft hij die enorme berg reacties achteraf allemaal doorgelezen. Daarbij ontving hij hulp van monitoring services als Finchline en Coosto.

Wat insights die voortkwamen uit hun rapportages:

  • René werd genoemd in 10% van alle tweets met de hashtag #lastmanwatching. Ter vergelijking: Patrick Lodiers werd maar in 1% ervan genoemd.
  • Gedurende de 4 dagen van de recordpoging kwamen er steeds meer tweets, ook gerelateerd aan het aantal kijkers.
  • Twee van de deelnemers waren vrijwel alleen actief op een Fok!-forum en niet op Twitter, Facebook, etc. Het is goed om je hiervan bewust te zijn als je een analyse wilt maken van de discussie rond een programma (of een ander onderwerp).

René’s conclusies voor de inzet van social media tijdens een dergelijk event waren:

  • Faciliteer: breng mensen met elkaar in contact en geef ze de mogelijkheid informatie uit te wisselen.
  • Integreer: bedenk een format waarbij het publiek inspraak heeft in het verloop van het programma.
  • Hashtags: verzin een goede hashtag en gebruik deze consequent (ook ver voorafgaande aan het programma zelf), daarmee breng je verschillende groepen binnen je publiek samen.
  • Verbind: mensen kijken naar een programma omdat hun netwerk er via social media over praat.
  • Strijd: competitie maakt veel los in mensen en in social media.

Terugkijken

Samen gaven de drie presentaties een mooi inzicht in de mogelijkheden van de combinatie van TV met internet. Persoonlijk vond ik wel dat het “social”-aspect, toch het onderwerp van de avond, wat ontbrak. Maar tegelijkertijd is dat wel logisch: er zijn maar weinig voorbeelden van échte social TV in Nederland.

In ieder geval minder dan in de VS, waar bij programma’s en series als Glee, Dexter en zelfs kookprogramma’s op grote schaal fans worden geactiveerd en gestimuleerd om mee te doen, hun mening te geven, etc. Er ligt nog terrein braak, dat de komende jaren ongetwijfeld flink omgeploegd en bebouwd gaat worden.

Extra informatie

Tot slot nog twee onderzoeken die deze week uitkwamen en die in dit verband interessant zijn:

Stichting Kijkonderzoek – Moving Pictures, enkele bevindingen:

  • 78 procent van de kijktijd naar audiovisuele content vindt voor de televisie plaats
  • 70 procent van alle audiovisuele content die bekeken wordt, is televisiecontent. 30 procent is dus wat anders, waaronder user generated content (12 procent).
  • Het televisiescherm is door meer dan 80 procent van de respondenten gebruikt.
  • Van de bezitters van een computer zegt 52 procent iets bekeken te hebben op dat device.
  • Onder bezitters van smartphones en tablets ligt dat percentage op 42 procent en 34 procent.

Nielsen/McKinsey – The Relationship Between Social Media Buzz and TV Ratings, enkele bevindingen:

  • An analysis looked at the correlation between online buzz and television ratings and found a statistically significant relationship throughout a TV show’s season among all age groups, with the strongest correlation among younger demos.
  • Four weeks prior to a show’s premiere – A 9% increase in buzz volume corresponds to a 1% increase in ratings.
  • Two weeks prior to a mid-season episode – A 14% increase in buzz volume corresponds to a 1% increase in ratings.
  • Two weeks prior to a show’s finale – A 14% increase in buzz volume corresponds to a 1% increase in ratings.

 

Update 14/10/2011, 10:45: op verzoek van Anya Boelhouwer van VPRO twee wijzigingen doorgevoerd, nl:

  • De naam van het programma dat Peter van Ingen presenteert is niet Binnenhof, maar Buitenhof (duh!).
  • Na de eerste twee uitzendingen werd niet besloten om met meer foto’s/beelden en mínder tekst te werken, maar met meer foto’s en méér tekst om de gewenste verdieping te kunnen bieden.

Met dank aan Anya voor het porretje!

Over de auteur

Doet dingen bij @marketingfacts en @onlinetuesday. Zoekt antwoord op de vraag: heeft het leven eigenlijk nog wel onzin?

Laat een antwoord achter

Je e-mail adres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.